bouwmeestersoppad.reismee.nl

(1) INDIA Orissa 24 daagse rondreis. Reisorganisatie: SAWADEE

Deze reis is georganiseerd door SAWADEE. We reisden met een groep van 10 mensen onder begeleiding van een Nederlandse reisleidster van Sawadee, een chauffeur, een kok met zijn hulp, en een lokale gids door Noord India. De lokale gids wasgoedbekend met de plaatselijke gewoontes en gbruiken en vaak ook de taal. We wisselden het kamperen af met slapen in eenvoudige hotels. Twee keer overbrugden we een redelijke afstand door de dag enook de nachttrein te nemen.De reis kreeg van Sawadee de titel 'Ruig en Ongerept' mee.Dit was vaak wel terecht. Dit werd onze eerste Azië ervaring!

Dag 1 Amsterdam - Kolkata

Na aankomst worden we naar ons eenvoudige hotel in het centrum van Kolkata (voorheen Calcutta) gebracht.

30 jan 2010. Jaap bracht ons naar Schiphol. Nachtwerk! Het sneeuwde flink. Er was maar één rijbaan berijdbaar. We waren om 02.15 uur op Schiphol. Beetje zitten, beetje dutten en om 04.45 uur konden we inchecken. Daar ontmoetten we ook al twee medereizigers, namelijk Bar en Leo. Het vliegtuig vertrok echt veel te laat. Het moest eerst nog gede-iced worden.

We arriveerden te laat in Frankfurt. Daar vertrokken we daar ook weer te laat. Dus we arriveerden ook te laat in Calcutta. Het is daar vier en een half uur vroeger. Plaatselijke tijd 02.00 uur 's nachts. We ontmoetten Mette van der Heide, onze reisbegeleidster. Gauw naar bed!

Dag 2 vrij verblijf Kolkata

Laat je overdonderen door het bonte straatleven van de immense metropool Kolkata. Het is een stad van uitersten, die haar bijnaam ‘City of Joy' te danken heeft aan het grenzeloze optimisme dat haar miljoenen inwoners uitstralen. Bezoek de schitterende musea, de bruisende markten, de tempels, het Moeder Theresa-huis of de beroemde Howrahbrug. Dein mee op het ritme van de stad en rust daarna uit in het Maidanpark, om ‘s avonds, vóórdat onze grote reis begint, uitgebreid te dineren in één van de vele uitstekende restaurants. Kolkata is het intellectuele en artistieke centrum van India.

31 jan. Na het ontbijt wisselden we geld; 62 roepies vertegenwoordigen 1 euro. We vertrokken met de hele groep o.l.v. Mette naar het centrum.

Het is bijna niet te beschrijven. We keken onze ogen uit in Calcutta. Wat een mensen...De vrouwen mooi in de sari's. Veel mannen met een rok of een tussen de benen gevouwen doek die dan een soort van broek is...De straat vol taxi's, bussen, loopriksja's, fietsers, brommers, tuck-tucks, en voetgangers. Ook nog vrachtauto's wringen zich daar tussendoor en alles wat een motor heeft toetert. Als hij wil inhalen, als hij ingehaald wordt, als hij van richting wil veranderen, als hij wel of geen voorrang krijgt en als hij vraagt of je mee wil rijden en ook als hij een bekende ziet... Dus nu weten jullie wat het geluid van Calcutta is.... We zijn naar de Kalitempel geweest. Iedereen kocht offergaven, vaak in de vorm van bloemenslingers. Ook gaan er levende geiten naar binnen die dan als een nat hoopje in een teil met de kop los ernaast weer naar buiten komen. Van de mensen die echt helemaal de tempel in waren gegaan hoorden we dat de grond rood en nat was van het bloed! Even voor alle duidelijkheid: je moet er wel op je blote voeten in... Ik vond dit voor de eerste dag een beetje ver gaan en ben ondertussen met de reisbegeleidster een kopje masala chai gaan drinken.... Gert, die me thuis had verzekerd dat er heel wat moest gebeuren wilde hij op blote voeten een tempel of gebouw binnen gaan, stond meteen al de eerste dag met de blote patatten in de tempel!!! Zo zie je maar, ik denk dat hij er toch meteen al een beetje door gegrepen was...?

We waren vlakbij het huis van Moeder Theresa maar het is er niet van gekomen om er even binnen te kijken. We dronken met Mette een kopje Masala chai. Dat is thee met melk waarin gember en kruiden zijn opgelost. Het wordt gedronken uit kleine aardewerk bakjes die als ze leeg zijn gewoon op straat worden gegooid.... Ze vallen bijna niet op tussen al het andere vuil waar het hier overal vol mee ligt.

Het is echt een stad van 18 miljoen inwoners. Dat wil zeggen dat aantal is geregistreerd. Er leven er nog wel een paar miljoen meer, permanent op straat. Overal liggen mensen te slapen. Op de smalste randjes, meestal helemaal ingepakt in matten of dekens. Er wordt ook enorm veel gebedeld door kinderen, oude vrouwen en moeders met kinderen. Je ziet het meest mannen op straat. Vrijwel geen toeristen. De hele vrije dag hebben we nog zes andere bleekneuzen gezien. We waren ook echt een attractie. Overal we werden nagestaard en als we stil stonden vormde zich tegenover ons al snel een hele rij mensen die vol verbazing bleven staan kijken.. We wandelden wat langs alle verkoopsters op straat. Onderweg zagen we een man die darmen aan het wassen was in een smerige rivier. Misschien wel van die net geofferde geit?

's Avonds werden we door onze reisbegeleidster meegenomen naar een authentiek restaurant en maakten we kennis met de Indiase keuken. Lekker! Morgen gaan we de grote stad weer verlaten. Dat vinden we niet echt erg!

Dag 3 Kolkata - Bhittarkanika

Voor dag en dauw steken we de stalen Howrahbrug over. Op dit 450 meter lange gevaarte is het al heel vroeg een drukte van jewelste: voetgangers, loopriksja's, fietsers en auto's krioelen door elkaar in een poging de andere kant te bereiken. De brug biedt uitzicht op de Hooglyrivier en de ghats (trappen), waar rituele wassingen plaatsvinden en waar druk aan yoga wordt gedaan. Op de andere oever ligt het enorme station. Met de trein rijden we naar Bhadrak, vanwaar we per eigen bus en boot verder reizen naar de mangrovebossen van Bhittarkanika. We zullen vannacht, midden in de natuur, voor het eerst onze tenten opslaan; er wordt voor ons gekookt.

1 febr. Heel vroeg gingen we met een bus naar het station. Van al die drukte op de brug was helemaal geen sprake...het was half zes in de ochtend, donker en nog geen mens te bekennen.

De plaatsen in de trein waren gereserveerd, dus na even zoeken hadden we een plekje en daar brachten we 4 uur door. De hele rit door kwamen er verkopers langs met chai, thee, koffie, ontbijt en Engelstalige boeken. Na aankomst reden we met de bus naar Bhadrak waar we met een boot de rivier werden overgezet. Daar troffen we onze kok met zijn hulpje. De tenten waren al opgezet. In het midden een grote tafel met de krukjes eromheen. Om te wassen stond er een grote ton met water. Voor de toilet hadden ze twee tentjes om een wat ondiep gegraven gat gezet. De tentjes konden niet dicht en het gat zat zo onhandig dat je alleen met de billen binnen zat. De rest hing dan voor de deur...

Ieder koos een tent, bagage erin en tijd voor thee, koffie of fris. En zo werd het donker...De sterren kwamen op en we kletsten gezellig tot het eten werd opgediend. Rijst, gefrituurde groeten en vis. Soepje vooraf. De eerste indruk van de kok was goed!

We gingen op tijd naar bed: 21.00 uur.

Dag 4 mangrovebos Bhittarkanika In alle vroegte maken we een boottocht door de kreken van het prachtige mangrovebos van Bhittarkanika. Hier zijn volop krokodillen, kleurrijke vogels, herten. Wie zin heeft kan ‘s middags een uitstapje maken naar een nabijgelegen dorpje met beschilderde leemhutten. Van oudsher brengen de dorpelingen deze schilderingen aan om onheil en vijandigheden af te weren en om zich te verzekeren van een goede oogst, jacht en vruchtbaarheid. De afbeeldingen zijn vervaardigd met witte pasta van rijstemeel en rode oker. Soms beelden ze het dagelijkse leven uit en soms taferelen van zang en dans. Het schilderen van de iconografie met een magische en religieuze functie is aan de vrouwen voorbehouden.

2 febr. Bij het ontbijt kwamen ook die heerlijke kleine banaantjes op tafel. We hadden ze al leren waarderen in Afrika. Tijdens de boottocht, de meesten zaten op het dak, zagen we veel ijsvogels, krokodillen, varanen, alle soorten reigers, ooievaars, zeearenden met de gevangen vis in de poten, bijeneters en otters. Het werd een vaartocht van een hele dag. De lunch werd tijdens een wandeling gegeten. De kok had lunchpakketjes meegegeven. Onderweg bezochten we ook een soort van opvang voor krokodillen. Men raapt krokeieren langs de rivier en broed ze uit in dit centrum. Als de krokodillen drie jaar zijn worden ze weer uitgezet in het wild. We bekeken nog het dorpje wat ernaast lag. Mooie schilderingen op de huizen. Op het kamp wist onze eigen kok weer een heerlijke hap van drie gangen te bereiden... Zelfs frietjes erbij...En hoe speciaal is het toch om zo 's avonds op een krukje aan een wankele tafel te genieten van dit vreemde eten onder een prachtige sterrenhemel. Waar we trouwens met geen mogelijkheid de grote beer in konden ontdekken... Teveel sterren???

Dag 5 Bhittarkanika - Dhenkanal

‘s Ochtends varen we met de boot naar Chandbali, waar de bus ons oppikt. De busrit voert langs uitgestrekte weides en dorpjes. Als de bloesem van de cashewnootboom bloeit (rond februari), zul je zelfs tot in de bus bedwelmd worden door de intens zoete geur. Aan het eind van de middag komen we aan in Dhenkanal, een stadje dat het centrum is van de Mahima Dharma sekte en vooral veel aanhangers heeft onder de Adivasi. We overnachten in een eenvoudig hotel.

3 febr. Als we opstaan is alles kletsnat. Veel dauw. Het zonnetje komt heel mistig op!

De kok biedt aan om samen met zijn hulpje, door ons 'mooie jongen' genoemd, de tenten op te ruimen. Iedereen was daar blij mee. We vertrokken wat verlaat, omdat de postboot/ pont ons voor was. Daar moest zo ongeveer het halve dorp op geladen worden. Alleen staanplaatsen! Alles ging mee, tassen, kippen, fietsen en grote brommers. We bekeken hoe alles ongeveer anderhalve meter lager in de boot getild werd. Zij maakten foto's van ons en wij van hen.

Aan land gekomen stond het busje al op ons te wachten. De cashews bloeiden nog niet dus over intense geur kan ik helaas nog niets vertellen. Na een paar uur rijden stopten we bij ruines van een Boeddhistische tempel.Ook hier werd weer een lunchpakketje uitgereikt. Heerlijk, champignons met chapati's.

We genoten van de uitzichten onderweg In het begin veel sawa's waar vrouwen met mooi gekleurde sari's aan het werk waren. Later zagen we wat meer industrie en enkele mijnen. We reden over de grootste rivier van Orissa. Maar hij was bijna helemaal drooggevallen. Het hotel was inderdaad zeer eenvoudig en niet al te fris. Terwijl ik m'n dagboek zat bij te werken liep er een grote rat door de kamer... Heel voorzichtig ging ik met een wijde boog om de kast heen waar hij onder zat, gauw Gert waarschuwen. We vroegen iemand van de receptie om er wat aan te doen. Die zou hem wel verwijderen zei hij. Niet veel later kreeg ik de sleutel al weer terug. Hij is weg zei hij...Waar is hij dan vroeg ik. Weg zeiden ze. Ik zei en dacht ja, ja, weg... Maar ze hadden gespoten met luchtverfrisser en daar houdt een rat niet van, dus is hij weg, zeiden ze. Ik kon niet anders dan dat maar geloven. Ik had liever een lijk gezien.... Ik sliep die nacht met m'n hoofd diep in de lakenzak en dacht met weemoed aan m'n tentje waar zo'n beest niet in kon....

Dag 6 Dhenkanal - Bhubaneswar

Voordat we naar Bhubaneswar rijden is er nog voldoende tijd om de grootste tempel van de Mahima Dharma sekte in Dherkanal te bezoeken. In deze Joranda tempel hebben vele Sadhus zich hebben teruggetrokken. We rijden de ‘Gouden Driehoek' (Bhubaneswar, Puri en Konark) binnen. Zeventig procent van de bevolking van Orissa is inheems. Deze zogenaamde Adivasi hebben een rijke cultuur vol tradities. De meesten zijn nog steeds animistisch, houden vast aan hun eigen levensstijl en laten de invasie van modernisering maar mondjesmaat toe in hun cultuur. Ook de eigen taal (het Oriya) draagt bij aan het eigen karakter van deze on-Indiase staat. Veelal communiceren zij door middel van dans, zang en gesproken poëzie, rijkelijk doorspekt van symbolisme. Zoals zij zelf zeggen: ‘A tribe that dances never dies'.

4 febr. Het klooster was echt een bezienswaardigheid. Hier leven de Sadhus, dit is een kruising tussen priester en heilige, in een gemeenschap bij elkaar. Er is een geitenhoeder met een kudde. Een huis waar 'kleren' worden gemaakt. Nu bestaan die kleren eigenlijk alleen uit lapjes uitgerekte schors. Maar er lopen ook mannen in oranje lappen... Verder zijn er natuurlijk ook de keukens. Volgens de uitleg van onze lokale gids Jaga, zouden hier in het klooster geen rangen en standen gelden. Toch hadden we al snel door dat sommigen met meer eerbied begroet werden dan anderen. Er waren er zelfs waarvoor men uitgebreid op de knieën ging en de voeten werden

gekust..... Er waren verschillende heilige plaatsen waar geofferd werd.

We arriveerden al vroeg in Bhubaneswar, een stad met 5 miljoen inwoners. We waren zo vroeg dat onze kamer nog niet eens klaar was....Gert en ik gingen lunchen in de stad in het New Merian hotel, aanbevolen door Mette. Lekker, er wordt hier India met name vegetarisch gegeten. We zaten voor het eerst van ons leven in een tuck, tuck. Jaga had ons verteld dat Bhubaneswar een schone stad was. Nou, ons idee van schoon is toch even anders... Op weg naar het internetcafé passeerden we het station en liepen door allerlei achterafstraatjes. Wat een rommel en een viezigheid! We zagen mensen plassen en poepen zomaar langs de straat. Overal liepen koeien, stieren en straathonden die ook van alles laten vallen...Ze eten uit de bergen vuilnis de bordjes en etensbakjes van bladeren. Maar als er niets meer bij zit dan eten ze ook papier en plastic. Soms zie je ook koeien lopen die helemaal opgeblazen zijn. Waarschijnlijk de darmen verstopt met plastic. Voor ons een vreemd idee om dieren die je heilig vindt zo te martelen. We zochten na de lunch een internetcafé en werkten daar onze site bij. We zaten 2 uur achter de computer en dat kostte ons 50 roepies.

Dag 7 vrij verblijf Bhubaneswar

Deze hele dag heb je om alle bezienswaardigheden van de hoofdstad van Orissa te bekijken. Tussen de achtste en de dertiende eeuw werden hier in totaal zevenduizend tempels gebouwd, maar de meeste zijn verwoest ten tijde van de Moghul-overheersing. De tientallen boeddhistische, hindoe- en jaïntempels die wél zijn overgebleven maken een bezoek aan Bhubaneswar zo interessant. De grote Lingaraj tempel uit de twaalfde eeuw wordt gezien als een van de belangrijkste heiligdommen in India. Ze is dan ook alleen toegankelijk voor Hindoes. Maar er naast ligt een platform vanwaar anderen het meesterwerk kunnen bewonderen. Er zijn wandelend of per riksja veel tempels te bezoeken die wel toegankelijk zijn. De mooiste is de Rajarani uit de elfde eeuw; niet alleen vanwege de bijzondere rood en goudgele kleur, maar ook door de vele gracieuze, uit zandsteen gebeeldhouwde nimfen, leeuwen en olifanten. Ook de Vaital Deul uit de negende eeuw is zeer indrukwekkend. Als voorbereiding op de tocht langs de Adivasi's is een bezoek aan het Tribal Research Center ofwel het ‘Museum of Man' zeer de moeite waard.

5 febr. Na het ontbijt gingen we met Aad en Karin op stap. We begonnen de dag met een bezoek aan het Tribal museum. We kwamen daar met een tuck-tuck. Daar rijden er duizenden van in deze stad. Rakelings tussen al het snelverkeer door. We gingen met vier volwassenen erin, dus met de chauffeur erbij was dat volle bak. Aad heeft een beetje hetzelfde model als Gert.... Dus soms hing er wel een arm of knie buiten. Het was een belevenis. In zo'n klein, eigenlijk niet meer dan een overdekte brommer, vehikel tussen al die toeterende auto's, vrachtauto's en bussen door...

Het tribalmuseum was een succes. Daar kregen we heel wat informatie over de nog te bezoeken stammen. Hierna was het tempeltijd... We bezochten alle drie de tempels uit de beschrijving.

Ze waren heel verschillend en het was mooi om het leven in zo'n tempel te zien. Bij de eerste tempel was men bezig met rituele wassingen. Een familie had net een overlijden in de familie gehad en vrouwen schilderden de onderkant van de voeten en hun tenen rood en gingen daarna ritueel in bad...Wij troffen ook een tempel waar ze voor meer dan 1000 mensen eten hadden gekookt en het uitdelen daarvan begon net toen wij er waren. Wat een hectiek.

Onderweg passeerden we een bruidegom in een auto, vergezeld door bruidsjonkertjes. Ze werden vooraf gegaan door kleine versierde wagens met de muziek. Ik stond het geheel te filmen, maar werd mee de dansgroep in getrokken en voor we het wisten maakten we deel uit van het straatfeest. We waren na het dansen toe aan een koude cola en op weg daarheen zagen we een mooi versierd binnenerf. Wij gingen eens kijken en daar werd net een bruidspaar getrouwd. Er werden onmiddellijk stoelen voor ons bijgezet. We kregen ijs en later warm eten aangeboden... Wat een speciale ervaring. Maar we wisten toen nog niet dat er nog vijf bruiloften gingen volgen die dag. Na een kleine pauze in het hotel bezochten we nog het Tribalfestival. Er waren mooie dansgroepen. En ook waren er dorpjes nagebouwd. Mooie voorbereiding op onze trekking naar de stammen.

Toen we op het eind van de dag bij ons hotel aankwamen arriveerden daar drie bruidsstoeten tegelijk. Iedere stoet werd omgeven door mensen die een soort hoge hoed hadden van brandende tl buizen gasten, muziekwagentjes die met vier aan elkaar gekoppeld zaten en lopend, de gasten.

We probeerden foto's te maken toen we werden aangesproken. Net als iedereen hier vroeg deze mijnheer ook 'Which country are you from? Nu bleek een van de bruidegommen in Groningen te hebben gestudeerd. Daar konden we niet omheen. We werden voorgesteld en mochten bij hem op 'tafel' gaan zitten. Hij heeft een kantoor in Eindhoven... Dit was voor ons de kans om eens uitgebreid te horen hoe zo'n Indiase bruiloft in zijn werk gaat. Het feest duurt drie dagen. Eerst het feest van de bruid met haar vrienden en familie. Aan het eind van de avond komen bruid en bruidegom bij elkaar te zitten op een soort podium. De ouders geven elkaar dan wat persoonlijke dingen van hun kinderen. Symbolisch worden dan bruid en bruidegom weggegeven. Vervolgens lopen bruid en gom zeven keer om het podium heen. Met schaaltjes waarin een vlam brandt. Wierrook staat om het podium heen en elke ronde heeft een andere intentie. De laatste ronde loopt de bruid voorop. Als ze dan weer zitten worden om 24.00 uur de handen op elkaar gelegd en zijn ze getrouwd. Maar ze mogen nog niet samen het bed in, want eerst is er na twee dagen nog het feest van de bruidegom met zijn vrienden en familie. Dan herhaald alles zich weer... En de dag daarna is het feest van beiden met alle genodigden en daarna is het huwelijk een feit en mogen ze samen het bed in!!! Wij werden door de broer van de Gom begeleid langs alle etensstalletjes en steeds weer uitgenodigd om vooral toch wat te eten.... Later bekeken we bij de voordeur van het hotel nog een aankomst van een bruidspaar en gingen daar ook nog even op visite. We wisten inmiddels hoe dat ging...

Al met al is het een ongelooflijke dag geweest. We hebben voor we naar bed gingen de bruidegom uit Groningen nog ons adres gegeven. Wat een dag was het geweest....Zeven keer met de tuck-tuck de stad doorgesjeesd. Rituele wassingen na een overlijden gezien. Verdwaald en de weg weer gevonden. Zeven bruiloften aanschouwt, we waren helemaal gaar!

Dag 8 naar Baligudas

Ochtends vroeg gaan we op pad met onze eigen bus. Vandaag begint dan echt onze Adivasi-tocht, een combinatie van wandelingen en transfers naar de vele volkeren van Orissa. Vlak buiten Bhubaneswar stoppen we even bij een tempel van de godin Kali, die we vragen om een voorspoedige reis. Daarna gaan we richting Barmul. Onderweg zien we traditionele hindoeïstische dorpjes, waaronder een weversdorp. Door een berggebied rijden we naar zelden bezochte tribale volken. In dit gebied laat de overheid slechts mondjesmaat toeristen toe. Om hier te reizen is speciale toestemming noodzakelijk. Onderweg bezoeken we een aantal Desia Khond dorpjes (khond betekent heuvel). Deze stam woont woont relatief nog vrij dicht bij de verstedelijkte gebieden en is hierdoor al behoorlijk beïnvloed door het hindoeïsme. We overnachten in een sfeervol Eco-guesthouse met tuin nabij Baliguda

6 febr. Bij de Kalitempel offeren we voor een voorspoedige reis en meer nog verbaasden we ons over al de afbeeldingen die buiten op de tempel staan. Wat een zeer gewaagde en atletisch uitdagende standjes konden we hier bekijken. Een goede conditie is wel vereist. Het was beter om ons niet op gedachten te laten brengen, want we hadden net te horen gekregen dat we met meerderen op een kamer moesten slapen de komende nacht...In het weversdorpje kocht ik een mooie paarse sjaal. Onderweg lunchten we in een wegrestaurant. Mette had voor ieder een Talischotel besteld.

Die werd geserveerd op een soort bananenblad. Het waren allemaal heerlijke hapjes. Later bezochten we nog een klein dorpje waar ik van een vrouwtje leerde van zo'n blad een schaaltje te maken. Het was al donker toen we bij de Eco-lodge arriveerden. Thea had al besloten dat ze bij de mannen ging slapen. Nu moesten wij met Aad en Karin nog loten wie Marianne, als cadeautje, erbij zou krijgen... Wij wonnen...of verloren, het is maar hoe je het bekijkt. Geen cadeautje in ieder geval.

Sam, onze eigen kok, kookte weer en onze 'mooie jongen'liep ook weer vriendelijk te lachen! Mette had rum en whisky gekocht van de pot. Kaarsen werden voor de ramen gezet en het was gezellig.

Dag 9 Tattoo faced Desia Khond dorpjes

Zowel 's ochtends als 's middags maken we een wandeling door een prachtig gebied, waarbij we verschillende Tattoo faced Desia Khond dorpjes bezoeken. Als je goed rondkijkt, zal het je opvallen dat in geen van de Adivasi-dorpjes een afbeelding te zien is van een god. De Adivasi's herkennen hun goden in een boomstronk, een klodder klei of een steen. We overnachten nog een nacht in het sfeervolle guesthouse nabij Baliguda.

7 febr. Goed geslapen en lekker opgefrist zaten we aan het ontbijt. Deze dag wandelden we naar een stam hoog in de bergen. We bezochten meerdere dorpjes. De gids had ons verteld dat het nog niets eens zo heel lang geleden was dat hier nog kinderen werden geofferd. Deze kinderen moesten langzaam sterven want er moest veel bij gehuild worden. De tranen die daardoor op de grond vielen gaven bescherming aan het dorp. Nu mocht het niet meer met kinderen, maar werden er buffels voor gebruikt. Je zag de totem en offerplaats altijd op een centrale plaats in het dorp, zodat er bij de offeringen iedereen omheeen kan zitten. Prachtige mensen zaten bij hun hutten. De gezichten van de vrouwen waren getatoeëerd. Soms met lijnen kris-kras door het gezicht zodat het iets van een spinnentekening had. Soms meer als de tekening van een tijger. Ze droegen twee gouden bloemknoppen in hun neus en wel 30 metaalkleurige ringen in hun oren.

De mensen lijken wat verlegen maar als je een 'praatje'met ze maakt is het ijs snel gebroken en blijken ze goedlachs. Toch heel bijzonder dat deze mensen hier nog zo geïsoleerd leven met hun eigen gebruiken en gewoontes. We hadden een prachtige wandeling van zo'n 12 km. Met een niveauverschil van 800 m. Na de lunch werd er nog gewandeld naar een dorpje in de buurt maar hier waren niet veel mensen thuis. Na het avondeten was iedereen moe maar al om 20.00 uur naar bed gaan, dat was toch wel te gek op vakantie. Met de rum en de whisky werd het nog een uurtje gerekt...

Dag 10 trektocht Belgharbergen-Bissam Cuttack

We rijden naar de Belgharbergen en maken een trektocht van enkele uren door de ongerepte natuur langs Kutia Khond dorpen. Het landschap is glooiend, groen en lieflijk en wordt gekenmerkt door tropische flora en fauna. De Belgharbergen zijn tot 1000 meter hoog. De tocht is 10 tot 12 km over onverharde paden. In de middag rijden we naar Bissam Cuttack, waar we kamperen.

8febr. Na een uurtje rijden werden we uit de bus gezet. Eerst een bakske koffie, uit de door Mette meegenomen thermoskan en daar gingen we op pad. We waren al snel in het eerste dorpje. Ik leerde van een vrouwtje castrolnoten ontpitten. Hier wordt olie uit geperst. Als je maar even bij ze gaat zitten en wat met ze babbelt, complimentjes maakt, dan komen ze los en gaan ze lachen en willen ze graag op de foto. Hier droegen de vrouwen drie neusringen. We wandelden in totaal door drie dorpjes en vonden ze alle drie even bijzonder. In het laatste dorpje zagen we ronde buizen gedraaid en gebakken worden.

Deze werden gebruikt op de daken. Voor we het dorp verlieten bezochten we nog even de school. Een middelbare school met jongens links en meisjes rechts in de klas. We schreven onze naam op het bord. Daarna zongen wij nog Vader Jacob in canon. De meisjes zongen ook nog een lied! Toen was het wel tijd voor de lunch. Die werd net buiten het dorp onder een grote bloeiende mangoboom door Sam geserveerd. Daarna hadden we nog een flinke rit voor de boeg. In het donker kwamen we op de volgende campingplaats aan. Dat bleek op een schoolterrein te zijn. De kinderen zaten net op de stoep voor hun slaapkamers het avondgebed te zingen.

Sam en mooie jongen hadden de tenten al opgezet. De meesten in de klaslokalen. Die van ons kon gelukkig nog buiten gezet worden. Nou gelukkig...het was wel lekker fris maar de trein die ieder 20 minuten luid toeterend voorbij denderde was wel weer erg goed te horen. Wat hebben die Indiërs toch met toeteren??? De toiletten zijn goed geregeld. Wassen is wat ingewikkelder, er is een waterpomp voor de schoolklassen. De natte washandjes van het Kruidvat maar even opzoeken....Er zijn inmiddels wat irritaties ontstaan ten opzichte van de reisbegeleidster. Marianne neemt de taak op zich om morgen met haar te praten.

Dag 11 Bissam Cuttack

Desia en Donguria Khond dorpjes ‘s Ochtends maken we een wandeling, waarbij we een Desia Khond en een pottenbakkersdorpje bezoeken. De wandeling eindigt bij een markt van de Desia Khond. In de middag maken we een wandeling door een heuvelachtig gebied vol fruitbomen en een exotische vegetatie. We lopen onder andere over de steile ‘Niyangiri Hill'. Op deze hoogte wonen de Dravidische Donguria Khond. Zowel de mannen als de vrouwen dragen sieraden. Sierkammen, haarpinnen en haarmesjes zijn veruit favoriet. Kettingen, armbanden, neusringen bij de vrouwen en oorbellen, soms ook bij de mannen, maken het plaatje compleet. Zoals bij de meeste tribale volken zijn de sieraden van oudsher niet alleen bedoeld als versiering maar ook ter bescherming van de drager. De krachten van de afbeeldingen of materialen moeten over gaan op de drager.We overnachten weer op onze kampeerplek in Bissam Cuttack

9 febr. Wat onrustig geslapen, veel treinen langs horen komen. Tegen 06.00 uur hoorden we wat kinderen schuifelen rond de tent. Er werd zachtjes gepraat. Toen we de tent openden bleken daar drie jongetjes helemaal verstopt in dekens te staan bibberen. Gert ging de zonsopkomst kijken, die schitterend was. De rode kleur van de lucht weerspiegelde prachtig in het water van de sawa's. We hadden pannenkoeken bij het ontbijt!! De wandeling was makkelijk vanmorgen, goed pad. Leuke dorpjes. Mooie vrouwtjes die getatoeëerd waren op gezicht en benen. Veel ringen en doppen in de neus...

In de haren ook een soort dolkje gestoken, maar ook een soort van sigaar. Die werd met veel smaak en rook opgestoken. We bezochten ook nog een pottenbakkersdorpje. Daar werden grote ronde potten gedraaid op een met de hand aangedreven plateau. Mooi rond en heel dun zijn de potten. Ze werden allemaal Raku gebakken in een grote kuil met stro. De mannen deden het draaiwerk. De vrouwen droegen alles van en naar de stookplaats. Zo bekeken we drie dorpjes. We werden nog steeds overal aangestaard en kinderen riepen opgewonden naar elkaar als je er een direct aansprak of een hand gaf. Het gaf wel een vreemd gevoel dat ze ons bleekneuzen, zo bijzonder vinden. Van de andere kant is het natuurlijk ook wel een teken dat deze dorpjes inderdaad geïsoleerd liggen en weinig met blanken te maken krijgen. Fotograferen is helemaal geen probleem. Iedereen wil wel op de foto. Mooi is dan ook als ze de foto kunnen zien. Al snel kwamen we er achter dat ze de foto van zichzelf wel aardig vinden, maar eigenlijk veel meer geïnteresseerd zijn in de foto's van de andere dorpelingen of die van een dorp eerder. Leuk als ze dan mensen herkennen. Er wordt door de kinderen wel gevraagd om een pen of een coin. Maar zeker niet hinderlijk. Ze zijn steeds bereid om een spelletje met je te doen, eerst altijd aarzelend, maar als je een brutaaltje over de brug hebt volgt de rest meestal snel. Ik heb inmiddels de bellenblaas ook bij de hand. Dat blijft overal een leuk spelletje.

Aan het eind van de wandeling stond de bus te wachten om ons naar de markt te brengen. Maar toen we hoorden hoe ver het nog was besloten we te gaan lopen.

De markt was zeer kleurrijk. Veel groenten en fruit. De waar lag op de grond uitgestald en de verkoper of verkoopster zat er op de grond bij. Ook werden er huishoudelijke artikelen verkocht en lappen om sari's van te maken. Verder was er nog een kapper, die druk beklant was. En een afdeling met mannen aan de naaimachines. Van de stoffen werd hier meteen iets gemaakt. Volle jeeps en busjes reden al toeterend af en aan... En we konden niet tellen hoeveel mensen er in een vervoermiddel konden, maar het waren er heel veel.... De lunch werd even opgehaald op de camping en op een mooi plekje bij de tempel werd de 'tafel' gedekt!

Na de middagpauze ging de wandeling naar een agressieve stam. Jaga had ons daar de avond daarvoor al over verteld. Ze leven zéér geïsoleerd en drinken veel zelfgestookte alcohol. Zowel de mannen als de vrouwen. De kinderen gaan er niet naar school en hebben dus altijd dronken en boze mensen om zich heen. Dus daar hoefden we ook niet veel van te verwachten. Opdracht was om niet ongevraagd foto's te maken. Als je toch persé foto's wilde moest je het sneeky doen adviseerde Jaga. En we moesten in de buurt van de gids te blijven...Dit was ook de stam met de dolkjes in het haar. Inderdaad waren ze niet vriendelijk. Ze boden veel spulletjes te koop aan. Er werd door ons niet veel gekocht, omdat ze nogal moeilijk te begrijpen waren en ze zaten ook hoog met hun prijzen. Hier werden ze zo nog chagrijniger van. Ter plekke werd besloten het bezoek snel af te sluiten en niet via dit dorp terug te lopen. Daardoor hadden we nog een flinke klim en afdaling te gaan... De chauffeur was geïnformeerd over onze gewijzigde route en stond beneden aan de berg weer voor ons klaar.

Dag 12 markt Dongria Khond - Jeypore

‘s Ochtends staat een bezoek aan de kleurrijke markt van de Donguria Khond op het programma. De mensen komen zwaarbeladen met manden vol fruit en groenten van de bergen af. De markt is een kleurrijk schouwspel, waar het heerlijk ronddwalen is. Vervolgens rijden we door naar het stadje Jeypore. Jeypore heeft een gezellige avondmarkt. We overnachten in een hotel in het centrum.

10 febr. We werden met de bus weer teruggebracht naar de tempel van gisteren. Terwijl we een klein stukje bergop liepen konden we de mensen met hun koopwaar van de berg zien komen. We mochten geen vrouwen met kinderen fotograferen en niet te dichtbij... Enkelen hadden dit stukje niet gehoord in de uitleg van Jaga en die mensen werden dan ook bedreigd met een hand vol stenen. We vonden het toch wel spannend. Toen we wat leuke foto's hadden liepen we met de stoet mensen mee naar de markt. Het was een flinke markt. Echt een lokale markt, weinig bleekneuzen te zien. Mooie stoffen, overvloed aan groenten en fruit. Voorraadmanden, kippen, veel vis, sierraden en kruiden, schoenen, kleren, alles was er te vinden. Een jongetje vroeg me een broek voor school voor hem te kopen.. Trots verdween hij even later met een broek, polo en slippers. Hij koos een oranje polo, vanwege Holland???

We herkenden op de markt verschillende stammen die wij in hun dorpjes hadden bezocht. We zagen weer vrouwen met twee neusringen, met drie, met een steen in de neusring, met een grote metalen schijf in hun oorlellen. Kleine oorringen, veel oorringen, grote oorringen. Sari's omgewikkeld, sari's op een schouder geknoopt, geruite doeken, de kleuren van de sari's. Haren samengebonden in een knot, soms met veel haarspelden of een dolk. Soms kaalgeschoren.

We kochten wat souvenirs en wat haarspeldjes om onderweg weer aan kinderen te kunnen uitdelen. Hierna begon de lange rit naar Jeypore. De kok had onderweg gekookt in een schooltje. Smakelijke onderbreking van de busrit. Later stopten we ook nog bij een rivier. Daar zaten drie vrouwtjes in de schaduw grote brokken steen met een vuistje fijn te slaan. Wat een aanslag op elleboog en schouders. Deze stenen worden gebruikt voor de wegenaanleg.

Over mensonterend werk gesproken... Later zagen we dit nog eens in het groot terug. Allemaal vrouwen die hier werkten. Bij de laatste afdaling voor Jeypore, het werd al donker, bleken de remmen van de bus niet goed meer te werken. We werden vrij snel door auto's van het hotel opgehaald. Mooi hotel, helaas was de douche niet warm... Verder alles prima.We konden zelf een restaurant zoeken, wij deden dat samen met Aad en Karin en kwamen in Hello Jeypore terecht. Heerlijk gegeten!

Dag 13 Unkudelli markt

s Morgens is er een bezoek gepland aan de bijzondere Unkudelli weekmarkt. Hier slijten de (Austro-Aziatische) Bonda en Ghadaba hun waar en slaan ze hun voorraden in. De Bonda doen dit voornamelijk door middel van ruilhandel. Zij leven in zeer gesloten gemeenschappen hoog in de bergen en wonen in schamele hutjes op palen. Hun schaarse kleding en gewelddadige karakter maakt ze tot de meest fascinerende en interessante stam van Orissa. Ze worden ook wel de ‘naakte mensen' genoemd. De mannen dragen slechts een lendendoekje, allen zijn gewapend met pijl en boog. Jarenlange isolatie, armoede en angst voor hekserij maken dat zij, in onze ogen, soms agressief kunnen overkomen.De vrouwen dragen een opvallend korte lendedoek, die de linkerheup vrij laat aan voor- en achterkant. Volgens de overlevering gaat het hier om een straf. Andere kledingstukken zijn dan ook taboe. De vrouwen bedekken hun borsten met een enorme hoeveelheid felgekleurde kralenkettingen en om hun hals hangen grote, zware bronzen ringen. Ze dragen geen neussieraden, wel oorbellen. De kaalgeschoren hoofden van de vrouwen worden bedekt onder banden met kralen. Interessant is dat de Bonda-vrouwen de voorkeur geven aan jongere echtgenoten zodat er op hun oude dag voor hen kan worden gezorgd.We kamperen in Machakund.

11 febr. Deze dag gaan we weer naar een markt. Daarvoor gaan we weer, net als gisteren, eerst de mensen met hun koopwaar opwachten. Ook deze stam zou weer agressief kunnen reageren had Jaga ons tijdens de breefing gezegd. We moesten bij elkaar blijven en hij zou de contacten leggen i.v.m. de foto's. Hij betaalde de vrouwtjes daar ook voor. De dames kwamen aanlopen en probeerden ons kettingen, kralen, arm- en enkelbanden te verkopen. Als er wat mensen wat gekocht hadden vroeg de gids: 'Willen jullie deze vrouwen op de foto?' Als dat ja was, dan werden ze gevraagd mooi in het zonnetje te gaan staan en kon men foto's maken. Als iedereen klaar was regelde hij de betaling. Dit herhaalde zich een aantal keren. Het ging allemaal heel relaxed en er was geen enkel sprake van spanning. Toen we vonden dat we genoeg foto's en kralen hadden gingen we met ze mee naar de markt. De vrouwen zagen er prachtig uit met hun kralen. Kleine, magere mensjes waren het.

Op de markt zochten ze ons weer op. Ze vroegen ons eten voor hen te kopen. Mandjes werden van het hoofd gehaald en dan trokken ze ons mee naar een kraam en vroegen om er groeten in te doen. Wij niet te beroerd. Voor een paar centen konden de mandjes goed gevuld worden met groene kool knolletjes, eieren en tomaten. Het was wel lastig want als je er één trakteerde hadden de anderen dat snel door en begonnen dan ook meteen in te laden.... Al lachend kwamen we er wel uit met ze.

Na de markt zetten we de tenten op op onze nieuwe kampeerplaats. Het zag er goed uit. Een gebouw erbij, enigszins verlopen, maar wel voorzien van drie badkamers met stromend water....! Na de middagpauze hadden we nog een wandeling op het programma. We 'deden' weer twee dorpjes tijdens een mooie tocht door de natuur. Dit waren duidelijk goed georganiseerde dorpen. Het bouwland lag er mooi verzorgd bij en stond vol met vol met gewassen. In het laatste dorpje werd nog een dans voor ons georganiseerd. Wij herkenden deze dans van het Tribalfestival. Daar zagen we dezelfde. Ik werd nog gevraagd om mee te dansen. Enkele anderen hadden geweigerd en dat vond ik zo sneu voor ze dat ik toch maar meedeed. Gelukkig had ik de passen snel door en trapte ik met m'n grote voeten bij niemand op die kleine blote voetjes. We dansten wel met z'n allen door de 'Holy shit'... dus ik was toch wel blij met m'n sandalen.

Dag 14 trektocht Ghadabadorpjes.

We maken een lange trektocht naar een aantal Ghadaba-dorpjes. De Ghadaba vormen een van de meest kleurrijke volkeren van Orissa. De vrouwen zijn getooid met enorme oor- en nekringen. De ringen om hun nek zijn zo zwaar, dat ze op hun rug een stuk hout dragen voor het evenwicht. Ze gaan gekleed in doeken die hun rug onbedekt laten. Ook hier dragen de traditionele mannen slechts een lendendoekje. De huizen zijn in zeer subtiele pasteltinten geschilderd. Ze bestaan uit meerdere kamers om een binnenplaatsje. Na afloop van de wandeling kunnen we misschien een dans bijwonen van de Gadaba. We overnachten weer op onze kampeerplek in Machakund.

12 febr. We werden vroeg wakker want vanaf 05.30 uur klonk er luid gezang. Navraag maakte duidelijk dat dit was vanwege het Shiva festival. Ze zingen tot de dienst begint, tegen 09.00 uur. Het Shivafestival is belangrijk in India. Ze gedenken dat Shiva op deze dag besloot om met Parvati te trouwen. De vrouwen bidden voor hun man en de mannen voor hun vrouw. Er wordt van zonsopkomst tot zonsondergang gevast. Onze gids, die nog vrijgezel is deed hier ook aan mee. Hij hoopt zo dat Shiva nu zorgt voor een mooie, goede vrouw voor hem...

Deze dag stond een lange wandeling op het programma; 16 km. En zes dorpjes te bezoeken.De wandeling was super. We liepen langs berghellingen met de mooiste uitzichten. We moesten wel flink klimmen en dalen, maar de paden waren goed. Doordat we veel dorpjes bezochten hadden we ook de nodige rustpunten. De dorpjes waren mooi. De huizen meestal in terra tinten met blauwe accenten geschilderd, heel smaakvol. Heel India is één grote vuilnisbelt, maar wij zagen dat bij de tribals de straatjes en rondom de huisjes alles mooi schoon is. De straten werden iedere morgen nat geveegd met verdunde koeienpoep. 's Lands wijs-‘s lands eer. Toch zag het er allemaal netjes uit. In een van de dorpjes proefden we van de zelfgestookte sagopalm likeur. Smaakte wel goed, ik heb hem zelf liever wat kouder...

Net voor het laatste dorp stond de bus ons op te wachten met koude drankjes. Goed geregeld allemaal! In het laatste dorpje zagen we een stam met zware dikke nekringen. Vooral de oude vrouwtjes droegen deze nog. In de oren hadden ze de grootste oorringen die we tot nu toe hadden gezien.

Dag 15 markt Lanptaput

Na het ontbijt rijden we in een uurtje richting Peta, onze kampeerplek voor de komende nacht. In de omgeving van Peta maken we een wandeling van ongeveer 7 kilometer waarbij we unieke dorpjes en volkeren bezoeken. De Rona en de Porosa zijn al redelijk beïnvloed door het hindoeïsme, maar weten toch ook hun eigen gebruiken vast te houden. Na de lunch rijden we naar de indrukwekkende weekmarkt in Lanptaput. We kamperen drie nachten op de Peta campsite.

13 febr. Deze dag rijden we naar het zuidwesten van Orissa. Het laatste stuk van deze reisdag deden we te voet, ongeveer acht kilometer. Mooie dorpjes bezochten we weer. Mensen vroegen nu wel om eten of geld. Maar ze waren erg vriendelijk. Al wandelend komen we op de camping. Sam had met zijn hulpje de tenten al weer opgezet. Het klinkt ondankbaar, maar ik was daar niet zo blij mee. Ik vind het prettig om zelf een vlak plaatsje zonder stenen te kunnen kiezen... De koude lemonlimonade stond ook weer klaar en we konden lekker in de schaduw van de keuken lunchen.

Na een lange middagpauze maakten we nog een ritje naar een markt. Een kleine maar drukke markt. Je kon aan de groep merken dat ze een beetje markt- en dorpjesmoe begonnen te worden. Er werd al snel een plekje gezocht om te zitten en wat te drinken. Gert ontdekte een boom vol vliegende honden. Ze hingen te flapperen, want het was erg warm ( 34 °C). Af en toe vloog er een weg. Dan kon je pas goed zien dat ze behoorlijk groot waren. We reden met vier levende kippen weer terug naar het kamp. 'S Avonds vonden we ze terug in de soep en met een sausje bij de rijst.

Het koelde snel af en bij het kampvuur werd nog een slokje gedronken en gezellige verhalen verteld! Fijne dag geweest, alweer!

Dag 16 bezoek Dharua-volk.

Vandaag maken we een dagexcursie naar Gupteswar, waar we een wandeling maken in de omgeving van de Dharua Gond dorpen.

14 febr. Deze dag wandelden we vanaf de camping. Mooie wandeling door de sawa's. Balanceren op een smal grasrandje..

Nu zagen we bloeiende cashewstruiken, het zijn kleine bloemen en van die overdadige geur waar in de reisbeschrijving van werd verteld, dat vonden we niet echt terug. De papaya hing in grote vruchten aan de bomen. De Mangobomen stonden overdadig in bloei. Dat belooft een goede oogst. Helaas zijn wij dan al weer thuis... Ook zien we Jackfruit in de bomen hangen. De vruchten kunnen enorm groot worden, ze hebben nog even te gaan. Het lijkt of hier in deze streek ook wat meer bloemen zijn. Veel onbekende soorten maar de oranje Lantana, bij ons een bekende kuipplant bloeit langs alle wegen. Ook de paarse winde zie je veel en het kruidje-roer me-niet bloeide met mooie roze pluizenbolletjes.

's Middags mochten we zelf kiezen wat we wilden doen. Iedereen trok een beetje zijn eigen plan. Wij, Gert en ik liepen wat door de omgeving in de hoop wat vogels te ontdekken. Wat dat betreft was de oogst nog zeer mager tot nu toe. Wel altijd heel, veel zwarte wouwen boven de stadjes. Geen wonder met al dat vuilnis....

De wandeling leverde nu ook niet veel soorten op. Ik maakte nog een schuiver van een grasrandje de sawa in. De vrouwen die in een poel stonden af te wassen moesten er hartelijk om lachen. Wat dat betreft is het daar al niet anders dan hier, lachen als je iemand ziet glijden. Ik waste mijn modderbenen in hun poeltje en het ontaardde in een speels water gooien over en weer. De mensen zijn echt heel vriendelijk!

Het kampvuur ging weer aan en het werd gezellig onder een prachtige sterren hemel!

Dag 17 wandeling.

In de ochtend is er een trektocht gepland door een bosrijk gebied naar de leefgemeenschappen van de Dharua Gond. De stam is een van de oudste van Orissa. Hun naam komt van ‘dhur' (stof). Ze hebben een negroïde uiterlijk. De mannen van deze stammen hebben een bijzondere haardracht.

15 febr. Deze dag reden we met de bus helemaal naar het uiterste zuidwesten van Orissa. Het was een rit van twee uur. Daar leven stammen , midden in een bosgebied, die er weer heel anders uitzien dan we tot nu toe hebben bezocht. Eerst is al de bouw van de dorpjes anders. Ze hebben een omheining om hun erf. De huizen liggen dan ook uit elkaar. Het lijkt een beetje zoals bij ons in een boerendorp. Wel veel primitiever! De vrouwen dragen hun sari's zo geknoopt dat het net is of ze er een blouse onder dragen. Een knoop op de schouder. Felle kleuren, blauw of groen met een bloemenprint erop. Hier zien we ook voor het eerst dat ze zware enkelbanden dragen. De mannen hebben wat langer haar in een staart en dragen alleen een lendendoek. De mensen zijn zeer gereserveerd, ze zeggen nauwelijks goedendag. Alleen toen ik wat vrouwtjes hielp bij de pomp kwamen ze wat los.

Ook als ik op het erf een baby in een hangmat bewonderde en prees kwam er wel een lach op de gezichten. In het laatste dorp werd door een groep jonge meisjes en jongens een gevechtsdans opgevoerd. Ach, het was wel aardig, ze waren mooi aangekleed en de school verdient er zo een extra centje mee. Sam had daar in een huisje een lunch voor ons gemaakt.

Die ging er weer goed in! We wandelden door een bos langs de rivier naar een Shiva tempel. Een Shivatempel herken je aan de afbeelding van een vrouw met een drietand en een koe. Het was erg druk bij de tempel i.v.m. het festival. Iedereen had ook weer alles laten vallen aan etensresten, papiertjes en bordjes. De laatste 400 meter rook het bos niet alleen als een openbaar toilet, het was het ook. Wat zijn die Indiërs toch smeerpoetsen.....Maar ze zagen er prachtig uit in hun mooiste kleding! Bij de ghats gingen ze zich baden en ook de kinderen werden met het rivierwater overgoten.

De tempel hebben we niet bezocht. De mogelijkheid was er wel. We moesten ook weer twee uur terug rijden, het was warm en we waren moe.

Maar geen tijd om in te zakken, want terug op het kamp kregen we kookles van Sam. Daar hadden we om gevraagd, omdat we zijn gefrituurde bloemkool en de schotel van tomaat met dadels zo lekker vonden... Hij kookte voor deze gelegenheid buiten en legde alles goed uit. Of het ons nu thuis ook gaat lukken is wel de vraag. Sam gebruikte namelijk kruiden die wij niet echt kennen. Hij deed ergens wat bladeren van een takje in. Op onze vraag wat is dat? Was zijn antwoord, 'gewoon, van de heg...'. De laatste avond bij het kampvuur, nog even extra genieten....

Dag 18 busrit en wandeling, dorpjes, Raiagada

Vandaag beginnen we met de terugreis uit het stammengebied. In de omgeving van Kakriguma bezoeken we een aantal dorpjes, zoals Porosa en Desia Kond, bewoond door verschillende stammen. We reizen vervolgens naar Rayagada, waar we overnachten in een eenvoudig hotel.

16 febr. Vandaag weer een grote verplaatsing en een lange reisdag! We bezochten in Jeypore de Jagannath tempel. Hier mochten we in. We kregen nog uitleg van Jaga. Maar het blijft een moeilijk te volgen geloof met al die afbeeldingen en reïncarnaties die weer als lotusbloemen uit navels verschijnen.... We bekeken de beelden en de mandela's.

De chauffeur was even weg met de bus, want we bleken een lekke band te hebben. Met een nieuwe band gingen we weer fris op weg. We ontdekten dat we voor het grootste deel bekende weg terug reden. Nu bleek maar weer, er lopen niet zoveel wegen door Orissa. We arriveerden al om 15.00 uur in een goed hotel. Het zag er allemaal nieuw uit. En, voor het eerst deze reis hadden we een warme douche, genieten. Daarna gingen we op zoek naar internet. Die ging pas om 18.00 uur open. Dat ging niet lukken want Mette had voor ons een maaltijd geregeld om 19.00 uur. Toen we beneden kwamen voor de maaltijd bleek dat ze ons in een kinderkamer hadden gezet. Iemand had al het woordje Rum laten vallen.( Mette?) Het drinken van alcohol is verboden in open ruimtes. Dus vandaar dat we werden weggestopt in die kamer. We zaten nog maar net toen de hoofdober kwam vertellen dat hij ook Roem had!

Goed, het werd een gezellig avondje in de kinderkamer. We dachten wel met weemoed aan ons kampvuur en de sterrenhemel. Zelfs Karin en Aad, die nog zo hun bedenkingen hadden bij kamperen, waren het roerend met ons eens, er gaat niets boven een avond op de camping onder prachtige sterren.

Dag 19 busrit naar Gobalpur on Sea.

We reizen verder naar Gobalpur on Sea en bezoeken onderweg een Saoda dorpje. onderweg stoppen we bij het Tibetaanse Chandragiri klooster en het nabijliggendeTibetaanse vluchtelingenkamp. Met een beetje geluk kunnen we een Tibetaanse puja (gebedsdienst) bijwonen. Vervolgens rijden we verder naar Gobalpur, waar we overnachten in een eenvoudig hotel vlakbij de zee. Er zal gezorgd worden voor een lekkere maaltijd, aan het strand onder de mangoboom. Hotel Green Park.

17 febr. Weer een lange reisdag voor de boeg! De reis werd regelmatig onderbroken voor het bezoeken van een dorpje, bakkie koffie, een katholiek kerkje, compleet met kruisweg aan de muren... etc. Tegen het middaguur stopten we bij Sam die ergens onderweg in een bushokje weer een complete lunch had gekookt. Wat dat betreft is het steeds prima verzorgd. We aten het in de schaduw van een grote boom. Nu we noordelijker kwamen leek het ook warmer en vochtiger te worden. Nog een paar uur rijden en toen passeerden we een Tibetaanse enclave in India. Compleet met overal gebedsvlaggen. De mensen zagen er ook meteen heel anders uit. We bezochten de boeddhistische tempel. Werkelijk prachtig. Hij was nog nieuw, de Dalai Lama had hem vorig jaar geopend. Daar waren ze nog steeds heel trots op. Overal hingen nog afbeeldingen van hem. Jonge monniken zwommen in een meertje en leken zich prima te vermaken. Het zag er allemaal heel relaxed uit.

Maar nu was het gedaan met de uitstapjes, we moesten in één keer door naar de volgende bestemming, want we waren aan de late kant. Het was een lange, warme zit en iedereen was op het eind moe. De stad die we passeerden voor Gobalpur was erg druk en vies. Het hotel in Gobalpur viel ons ook niet mee, heel goor. Alles wat je vastpakte plakte... De badkamer stonk als een open riool. Ruig en ongerept zeggen we dan in de groep tegen elkaar...

En heel warm. We hadden niet veel tijd om in de put te zitten, want we hadden een afscheidsdiner met Sam. Hij had gezorgd voor vis, we zaten immers aan zee, maar niet op het strand! Hij had goed zijn best gedaan, maar we waren allemaal moe van de reis en vertrokken al snel weer naar bed...

Dag 20 Gobalpur on Sea.

In Gobalpur kun je genieten van het strand. Heerlijk uitwaaien tijdens een wandeling langs de kilometers lange zandstranden.

18 febr. Vrije dag! Eerst internetten... We hebben heel wat bij te werken na Bhubaneswar. Dat duurde dan ook wel drie uur. Daarbij dronken we twee koppen thee en twee cola (Thumbs Up, het Indiase merk van cola). De rekening kwam aan het eind...115 roepies. We namen een lunch op een terras in de schaduw. Snapper, heerlijk! Daarna gewandeld, in het dorp. Tussen de huizen was dit stadje redelijk schoon. Mooie tekeningen waren er op de stoepen voor de deuren gemaakt. Dit werd meestal met rijstpoeder gedaan. We waren mooi op tijd op het strand om de vissersboten te zien binnenlopen. Veel vis werd er aan land gebracht. Er liepen handelaars rond en de koop werd meteen gesloten en vrouwtjes voerden de vis af in grote rieten manden op het hoofd. We hadden moeite om de vis te herkennen. Alleen de tonijn, die was duidelijk herkenbaar. 's Avonds waren we uit eten gevraagd door Karin en Aad. Karin was jarig die dag. We namen in een restaurantje aan de weg een schaal fried fish. Heerlijk en meer dan we op konden. Noedels erbij en blikjes echte coca cola. Rekening 450 roepies. De vader was de kok en de dochters van 9 en 6 jaar deden de bediening. Aad gaf de meiden apart een fooi en ze waren er zeer blij mee. Dat komt niet zo vaak voor denk ik. Je ziet in India overal stalletjes langs de weg waar eten wordt bereid. Er wordt heel veel gebruik van gemaakt. Voor ons is dat een vreemd idee.

Zo'n arm land waar niemand wat te spenderen heeft en toch iedereen op straat eet. Ik vroeg dit aan Mette. Zij antwoordde dat het bijna niets kost aan die stalletjes en dat het voor de mensen hier duurder is om zelf ingrediënten te kopen en te koken dan op straat te eten. Ja, er kan dan in grote hoeveelheden worden gekookt wat ook hier natuurlijk goedkoper is. Na het eten haalden we bij het luik langs de weg nog een flesje rum, haalden Marianne uit bed en vierden de verjaardag nog tot 22.00 uur. Toen werd het terras bij het hotel gesloten...

Dag 21 boottocht Chilika meer naar Puri.

Door een afwisselen landschap rijden we naar het Chilika meer. Dit is het grootste brakwater meer van Azië. Deze prachtige lagune staat erom bekend dat, naarmate de dag vordert, het water van kleur verandert. We maken een boottocht over het meer, waar de bus aan de overkant weer op ons staat te wachten om ons verder te brengen naar Puri. Onderweg bezoeken we het handwerkersdorpje Pipli. Hier worden felgekleurde lampen gemaakt. Deze vorm van patchwork is specifiek voor Orissa. We overnachten in een eenvoudig hotel.

19 febr. We gingen weer verder...We deden een vaartocht op het meer. Het stelde niet veel voor. We vaarden midden over het meer en zagen alleen wat aalscholvers. Jammer voor Gert, hij had zich er echt op verheugd. We vaarden ruim een uur tot we in de verte het vogelreservaat zagen. Helaas was het verboden om erin te gaan. We lagen 20 minuten stil. Wel hadden we het geluk twee zeearenden te zien stoeien in de lucht. Dat was een spectaculair gezicht. Verder zagen we in de verte wat flamingo's. We vaarden weer terug en stapten in de bus. Op weg naar Puri. In Pipli hadden ze veel leuke lampen en tassen. We kochten wat tassen die we verder op de reis nog veel goedkoper tegen kwamen...maar, het zag er leuk en kleurig uit in het stadje.

We stopten ook nog in het stadje Raghurarjpur, waar we een demonstratie kregen van bamboetekenen. Heel precieze tekeningen werden in de bast van bamboe geverfd. Deze werden natuurlijk ook weer te koop aangeboden. Er waren ook tekeningen op zijde. Voor zo'n tekening waar zes maanden aan was gewerkt vroeg men omgerekend 36 euro. Hoe kan dat? Kinderarbeid? En, in de tekening zaten flapjes die je kon optillen. Daarop stonden dan afbeeldingen uit de Kama Sutra. Deze afbeeldingen zie je ook vaak op tempels. Dit is wel opmerkelijk in een land waar ze willen dat we de schouders en benen bedekken.... Ze zijn echt weinig verhullend die afbeeldingen! Ze waren wel prachtig en heel gedetailleerd. Het was verder een leuk dorpje, waar je weer veel mooie foto's van mensen kon maken.

Nog een klein stukje en toen waren we in Puri. Hotel Naren Palace. Een prachtig hotel, schoon en wij boften; met een groot balkon. En een warme douche! We vonden een prima restaurant, Peace. Er zaten alleen blanken te eten, wel Indiase gerechten. We smulden en voor we het wisten was het al 23.00 uur. Zo laat gingen we nog niet naar bed deze reis...

Reacties

Reacties

ingrid

een hele goede reis naar ons geliefde Ethiopie!!
groetjes ingrid en mesfin

Nel Vrijheid

Na 4 jaar heb ik het gevoel jullie wat te leren kennen ! En daar ben ik heel blij om . Een hele fijne
reis , tot ziens in Februari ! Een hartelijke groet ,
Nel Vrijheid

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!