bouwmeestersoppad.reismee.nl

(3) UGANDA maart 2013

RONDREIS UGANDA deel 3

Na een heerlijk ontbijtje stapten we weer in ons busje om nu via Fort Portal naar Queen Elisabeth NP te gaan. Net voor Fort Portal, nog geen 10 minuten nadat we het asfalt op waren gereden, siste ons rechtervoorwiel en liep hij zeer snel leeg. Geluk bij een ongeluk was dat dat gebeurde zo'n twee honderd meter van een bandenwisselwerkplaats... Daar werd een plug in de lekke band gestoken en de reserve band eronder gezet en we konden weer verder. Daar kwamen we goed vanaf.. We lunchten onderweg in een groot hotel in Harere en tot onze verrassing bleken ze daar WIFI te hebben. Snel werd het verhaal op internet gezet en alle e-mails van een hele week gelezen en beantwoord. Het is dan erg leuk om de reacties van thuis te lezen..

Net na de lunch stopten we in een wat afgelegen dorp, Ruboni daar leven mensen van de BAKONZOstam. Ze worden wel “the keepers of the Mountains of the Moon” genoemd. Ruboni ligt aan de voet van het Rwezori Gebergte, het grootste gebergte van Afrika.

Het Rwenzori gebergte is ontstaan tijdens de vorming van de grote slenk (Great Rift Valley). Hety is dus geen vulkanisch gebergte. Al eeuwenlang spreken de bergen tot de verbeelding van de mensheid, vele verhalen en legenden doen de ronde over “de bergen van de maan” of “het land van de mist”.In de droge maanden is het wat beter maar er valt altijd regen, er hangt altijd mist. Over een afstand van 120 bij 50 km strekt het Rwenzorigebergte zich uit, de grens vormend met R.D. Congo. Een zestal pieken met eeuwige sneeuw domineren het gebergte. Mount Margherita,is met 5109 meter de hoogste. Het is een zeer gewild gebied voor bergwandelaars die soms tot navelhoogte door de moerassen moeten waden. Maar het is ook een prachtig gebied. De woudzone begint op 1.800 m, daaronder is het land in cultuur gebracht of bestaat de vegetatie uit tropisch regenwoud. Je vindt hier geen groot wild maar evengoed telde men er 70 diersoorten en bijna 200 verschillende soorten vogels. In dit gebied leeft de Bakonzostam.

We werden verwelkomt door de gids, die ons meenam voor een wandeling door het dorp. We hadden pech dat het zaterdag (2 febr.) was, geen school… maar ook geen kerk.. We bezochten eerst een traditionele genezer, die zich in trance bracht. We mochten hem vragen stellen. Bij navraag bleek dat de meeste mensen uit het dorp gewoon naar een dokter gaan. Wel is de rol van de genezer nog groot tijdens rituele feesten. Het was een groot dorp met wel 2000 inwoners. We hadden niet de indruk dat er nog veel mensen traditioneel leefden. Er liepen heel veel mannen op straat. Bij navraag waren de vrouwen druk aan het werk, wassen, koken en drank stoken. Na een bezoek aan een vrouwtje wat manden vlocht kwamen we bij een huisje, vol met mannen die allemaal de drank aan het keuren waren. Wij mochten ook een slokje proeven, het leek een beetje op jenever en de gids dronk met smaak de rest van het glas leeg… De wandeling ging verder wat van het dorp af en we stopten bij een wat hoger gelegen hutje waar de verhalenverteller woonde. Er liepen heel wat kinderen rond de hut. Ze wilden allemaal graag op de foto maar vroegen ook of we geen eten bij ons hadden. In de hut werden we voorgesteld aan de verhalenverteller. Een jonge man nog. De taak van de verhalenverteller is om de traditie levend te houden. We mochten kiezen uit een aantal onderwerpen, wij kozen besnijdenis, en zo kregen we uitvoerig uitgelegd hoe dat vroeger en nu in zijn werk gaat bij de Bakonzostam. Hierna bezochten we ook nog een smid. Het was duidelijk dat dit project om deze stam te bezoeken nog niet zo lang bestaat of niet echt gesteund wordt door de inwoners van het dorp. We vonden ze niet echt gastvrij of vriendelijk. Dat laatste is op zich natuurlijk wel logisch voor een stam die geïsoleerd leefde in de bergen.

In de avond, inmiddels weer donker, kwamen we aan op Camping Bush Lodge www.naturelodges.bizen we wisten niet wat we zagen, er liepen enorm veel mensen rond en overal stonden tenten. Nu werden we ons pas bewust hoe heerlijk rustig we het op alle andere plaatsen hadden gehad. Hier stond een groep van Sawadee met 18 mensen en nog een Duitse groep die wat kleiner was. Naar ons gevoel was het een drukte van jewelste. Nadat we toch nog een plekje voor onze tent hadden gevonden aan het uiterste randje van het veld, begon het te regenen... maar in het restaurant werden we heel vriendelijk ontvangen en werd er meteen een warme maaltijd van vier gangen voor ons klaargezet en zelfs ook nog een aangepaste vegetarische versie voor mij. De serveerster noemde Harm "Dear" en kon toen natuurlijk in zijn ogen geen kwaad meer doen... Katrien reageerde daar weer heel anders op... Toen ik 's morgens in alle vroegte, we vertrokken om 6.15 uur voor de game-drive, naar het toilet liep ontdekte ik, pal naast het voetpad een enorm nijlpaard... Gert was er, zonder hem op te merken, langs gelopen. Ik was ineens heel vlug bij het toilet, want wat is zo'n beest enorm als hij zo vlak naast je ligt...

Maar een nijlpaard is niet het enige dier dat dit kamp bezoekt, want gisteren liep er een volwassen bull olifant doodgemoedereerd het kamp op... het was nog licht dus een groep van de medewerkers hier vormden een brede ketting en dat deed de olifant besluiten maar weer in het bos te verdwijnen.

We deden vanuit deze lodge verschillende game-drives en ook een boottocht. De game-drive leverde niet echt veel nieuwe dingen op, het landschap is hier weer heel anders dan in de vorige parken. Er staan enorm veel euphorbia-cactusbomen, wat een heel apart landschap geeft. Op weg naar de opstapplaats voor de boottocht zag je weer heel andere begroeiing. Daar was het meer bosachtig en daar troffen we dan ook veel olifanten. De boottocht is zéér de moeite waard, je ziet de dieren dan van heel dichtbij.

Vooral veel buffels en olifanten maar natuurlijk ook de king-fishers kun je goed zien in de bomen langs de rivier. De African Fish-eagle zat hoog in een boom te roepen naar z’n partner, ze maken een heel mooi geluid, om niet meer te vergeten… En dan natuurlijk de Nile-crocodiles, mooie grote exemplaren met hun bek wijd opengesperd! Ook zagen we nog een hele groep schaarbekken die bij het naderen van de boot allemaal het luchtruim kozen. We vaarden tot een soort vogeleiland dat helemaal vol stond met verschillende soorten ooievaars en pelikanen. Na de boottocht gingen we op het terras bij de Mweya Safari Lodge, een chique resort met een prachtig uitzicht over het Kazinga-channel, Lake Albert en Lake George, een lekker koude Nile special drinken…

We deden vanuit dit kamp ook een chimpansee trekking in Kyambura Gorge. We hebben daar hard door een regenwoud moeten rennen, achter drie chimpansees aan die in een wat grotere groep aan het verplaatsen waren. Er werd overal om ons heen luid geroepen en gegild door de apen. De leiders van de groep sloegen hard op de plankwortels van de bomen. Het was heel bijzonder om daar zo tussen te lopen. Ze waren zich aan het verplaatsen, dus konden we steeds maar een glimp van ze opvangen. Het was wel erg vervelend dat we waren samengevoegd met een groep van zes Amerikanen.... Normaal is het dat een groep uit 8 personen bestaat, maar wij werden er hier ter plaatse mee geconfronteerd dat we dus met 12 mensen gingen en dan kun je kiezen, of het maar zo laten en er het beste van proberen te maken of weg gaan en dan heb je dus niets… Nu hoef ik, denk ik, niet uit te weiden over de gewoontes van Amerikanen.. Ik had er een hard hoofd in maar we hadden een goede gids, Ben, die een prima kennis had van de chimpansees en van het gebied. Zo presteerde hij het om te kunnen voorspellen welk pad de groep zou nemen.. Al met al was het een heel waardevolle ervaring!

Chimpansees leven in bossen en vormen groepen van 10 tot 20 stuks. Groepen die elkaar dicht naderen bedreigen elkaar door te schreeuwen. Als je je tijdens zo’n voorval te midden van zo’n groep bevindt, is dat niet alleen een unieke maar tevens een bijna huiveringwekkende ervaring. Men gaat er van uit dat de chimp ’, na de mens, het meest intelligente zoogdier is. Ze voedden zich voornamelijk met planten en vruchten. Er zijn echter ook verhalen bekend over het eten van dieren, dat kan een bosvarken zijn maar ook kannibalisme schijnt voor te komen. Op plaatsen waar je naartoe gebracht wordt zijn de chimpansees aan mensen gewend en kun je ze tot op enkele meters naderen. Desalniettemin zijn het gevaarlijke dieren en mag je ze niet storen in hun dagelijkse bezigheden of ze aan het schrikken maken.

We zaten hier op een prima lodge met ons tentje, wat betreft het sanitair waren ze hier niet echt ruim uitgevoerd, maar ze hadden hier dan weer wel twee bush-douches. Gert en ik hadden daar al heerlijk gedouched tussen de middag. Na de gamedrive togen Harm en Katrien ook richting bush-douche. In een omheinde ruimte tussen de rietstengels hadden ze twee douches hangen dus daar gingen ze op af. Alle spullen mee. Wij volgden het tafereel vanaf een lekker schaduwplekje onder een boom... Ze waren amper vijf minuten binnen toen de eerste noodkreet kwam: "Er komt geen water meer uit die sproeier... we zijn net helemaal ingezeept en de haren vol shampoo.. wat nu? Kunnen jullie geen emmer water over het wandje gooien?" Nu kon dat niet want wij hadden geen emmers in de bagage. Niet veel later kwamen ze in een handdoek gerold met de spullen onder de arm weer tevoorschijn. De medewerkers van de lodge wilden ze wel de weg wijzen naar de reguliere douche, maar ze durfden niet echt naar die twee paar witte benen te kijken...Gert dacht dat ze misschien enigszins verblind waren. Later op de avond konden ze er zelf ook de humor wel van in zien.

We hebben afgelopen nacht nog wel de zak met passievruchten tussen onze tenten gehangen, want daar schijnen de olifanten dol op te zijn... Maar helaas we hebben wel veel nijlpaarden achter ons tentje gehoord, maar geen olifanten meer op het kamp gezien.... Die nijlpaarden hoor je hier trouwens de hele dag, zowel 's morgens, 's middags als 's avonds hoor je dat oergeluid overal om je heen.

Queen Elisabeth NP is gelegen aan de oevers van zowel Lake Georgeals van Lake Edward, aan de voet van het Rwenzori gebergte. Het park wordt doorsneden door het Kazingachannel , deze vormt de verbinding tussen Lake George en Lake Edward. Je treft hier vrijwel alle soorten landschap binnen de grenzen van het park. De oorlogen hebben er ook hier voor gezorgd dat de wildstand op een gruwelijke manier terugliep. Dankzij goed beleid en onderhoud is het herstel goed verlopen al is de wildstand ook nu nog niet op het oorspronkelijke peil terug. Er zijn natte en droge savannen, kratermeren, moerassen en tropisch (regen)woud. Queen Elisabeth NP is een van de weinige parken in Uganda die dorpen binnen zijn gebied heeft, wat een verblijf aan dit park aanmerkelijk vereenvoudigd want na Ă©Ă©n dag bent U nog lang niet uitgekeken. En een boottocht over het Kazinga kanaal is ook echt een aanrader!

We vertrokken uit Queen Elisabeth na weer een heerlijk ontbijtje. We moesten nog wel even de rekening betalen van drie dagen eten en drinken. De rekening gaf aan dat het met 997.000 U shilling was te voldoen. Zo was de pot meteen weer een slordige miljoen armer! We reden naar ISHASHA. We hadden geluk want nog voor we in het park waren kreeg Ismaël de melding door dat de boomleeuwen gesignaleerd waren. We zagen twee busjes en een jeep meteen omkeren en erop af... Jawel, twee leeuwen hingen daar wat lui in een boom. Het dak ging omhoog om foto's te kunnen maken.

Verder ging het daarna naar Ishasha, we kwamen uit op het terrein waar Gert en ik vijf jaar geleden met een groep hadden gekampeerd. Een mooi terrein aan de rivier met Congo. We zitten hier op een soort van drielandenpunt met Congo en Rwanda. Er waren nu net als toen veel hippo's. Ismaël gaf aan dat wij daar konden gaan lunchen. Maar helaas is daar niets dan een campingtafel en een open hutje... Hij was even vergeten te melden dat wij onze lunch mee hadden moeten nemen... Na enig heen en weer gepraat werd er toen besloten dat we in het eerst komende stadje wat te eten zouden kopen. Ismaël maakte een wat gestreste indruk en hij bleef er maar op terug komen dat we een erg slechte weg tegemoet gingen en hij wilde graag op tijd op het overnachtingadres aankomen, omdat wij de volgende dag de gorillatrekking op het programma hadden staan.

We zagen al game-drivend nog Topi's, Dit is een gazellesoort die we nog niet hadden gezien. Verder weer veel Kobs en waterbokken. Nadat we het NP bij Ishasha achter ons hadden gelaten veranderde het landschap in mooie groene heuvels beplant met theestruiken. Maar ook stonden er veel koffieplanten tussen de bebouwing. Deze stonden vol witte bloemen die een zo'n heerlijke geur verspreidden dat we er in de bus van konden meegenieten. Ook werden de theeplantages afgewisseld met bananenplantages. Hier wordt veel de groene banaan gekweekt, matoke noemen ze hem hier en hij word gekookt en geprakt gegeten en smaakt dan als een soort zoete aardappelpuree. Ik zag ook laatst langs de weg dat mensen hem als ontbijt aten in een griezelig roze saus.. Wij eten hier iedere dag gemiddeld één banaan maar drie komt ook wel voor. Dat zijn dan de gele, het liefst van die hele kleintjes, záálig! Wat we hier ook veel bij het eten krijgen maar ook zelf kopen zijn passievruchten, echt een delicatesse en die kosten hier maar een paar centen..

We genoten van de uitzichten onderweg en hoe dichter we in de buurt van Bwindi kwamen hoe meer kinderen langs de kant van de weg stonden te zingen en te klappen. Men is hier duidelijk meer aan toeristen gewend! De weg was inderdaad erg slecht en Ismaël had zijn handjes vol om ons zonder problemen af te leveren op het Gorilla Friends Camp in RUHIJA Dit is een tented camp. Nu hebben Gert en ik al wel meer in tented camps geslapen en daar was niets mis mee. Hier is het wel een goede tent, prima bedden, voor de mannen wel een beetje kort... De gezamenlijke toilet is na een hele klimpartij, te vinden aan het eind van het terrein. Maar ze hebben er wel twee, zelfs flushing!.. en ook twee douches, een warme en een koude. De ruimte waar we kunnen zitten en eten is wel heel sober uitgevoerd met rechte houten stoelen.

Ze hebben wel frisdrankjes maar geen elektriciteit dus ook geen koeling. Het uitzicht vanaf onze tent is werkelijk super! De planken vloer waar onze tenten op staan steekt uit over de berg dus we staan echt op hoogte met zicht op het dal en de omringende bergen. De warme douche werd meteen geprobeerd, maar was zo heet dat je er meteen thee van zou kunnen zetten en niet bij te regelen met koud dus werd de warme toch een koude douche.. Het avondeten was zeer sober maar smakelijk. We hadden op de prijslijst gezien dat ze ook rode wijn hadden, 6000 shilling, dat is nog geen twee euro.( 3500 shilling is een euro) Daarom dacht ik dat is wel te doen dus ik vroeg een glas rode wijn bij het eten. De rest nam een biertje. Ik kreeg een heel mooi glas en de rest hun pilsje. Een voor een bewonderden we allemaal het mooie glas... Toen ik na de soep eens vroeg naar de wijn kreeg ik als antwoord: "Rode wijn??? Nee, wij hebben geen wijn!" Toen heb ik hem het glas ook maar weer terug gegeven..

Die avond lagen we er op tijd in. En, zoals afgesproken zaten we om 7.00 uur de volgende ochtend aan tafel. Af en toe zagen we iemand van het personeel de poort uit rennen om even later terug te komen met bananen of eieren... Maar na een kwartier kwam het eten toch op tafel. De bestelde packed lunch werd ook gegeven, een zak vol bananen, een zak vol eieren en voor iedereen een dubbele boterham met tonijn. Pas toen we aan de lunch toe waren bleek dat er op een witte uitgedroogde boterham een paar flintertjes tonijn waren gelegd... Toch wel wat gespannen vertrokken we naar het vertrekpunt van de gorillatracking. Wij gingen op bezoek bij de Oruzogu Groep. David was onze gids. Na een briefing waarin ons werd verteld welke groep wij gingen bezoeken en ook wat over hun leefgewoontes en natuurlijk ook nog een beetje over wat wij wel en niet mochten als we in de buurt van deze dieren zouden komen. We mochten ze vooral niet aankijken, niet aanraken en ook niets eten in hun nabijheid. Maar ook niet hoesten of niezen en als dat toch niet anders kon dan ergens in en achter je elleboog om de dieren toch vooral niet te besmetten… Er werden nog twee Belgen aan ons groepje toegevoegd.

Zo vertrokken we in een flink tempo naar de overnachtingplaats van de gorilla’s van de afgelopen nacht. Vandaar zouden we dan verder naar ze op zoek gaan. Er waren al drie mensen vooruit gestuurd om te gaan speuren. David hield radiocontact met ze. Na een tocht van steile heuvels op en steile heuvels af, balanceren over boomstammen over snelstromende riviertjes bereikten we hun nesten. Ze zagen er heel comfortabel uit, bedekt met een flinke bladerlaag. We volgden verder hun spoor wat gemakkelijk te zien was aan de hoeveelheid poep op het pad. Op een gegeven moment kregen we via de radio door dat ze gevonden waren, dus nu werd het zaak gericht door te steken naar die plaats en ja hoor daar zagen we al een uk in de bomen hangen. Maar die slingerde zich via takken en wortels naar beneden en toen ging het voor ons ook los.

De trackers hakten met kapmessen doorgangen voor ons in het zeer dichte bos. We liepen of struikelden eigenlijk meer, omhoog en omlaag tussen hoge varenbomen en lage struiken. We liepen op een ondergrond van wortels met daarover een dun laagje bosgrond en daaronder zat, zo ervaarden wij niets meer, dus als de afstand tussen de wortels wat groot was of het laagje bedekkende aarde wat dun dan schoten we ineens met een been een meter door naar beneden. Onze porters oftewel zoals je Jaap ze noemde "onze wegwijspieten" hadden we met onze tassen en stokken achter moeten laten dus we maakten zelf maar een slinger door elkaars polsen vast te houden. Zo konden we regelmatig iemand behoeden voor een uitschieter richting afgrond... Maar ondertussen zagen we toch ook heel goed de gorilla's. Telkens hielden we weer halt bij dan weer eens een vrouwtje met een jong, dan een jong mannetje. Ze zaten verspreid en waren steeds in beweging. Wat opviel was dat zij heel relaxed waren, ze zaten te eten, te spelen, klommen door de bomen en we troffen er ook een die lekker onder wat lage begroeiing lag te slapen. We kwamen steeds heel dicht bij ze, ze keken ons soms wel even aan maar het liet ze totaal koud dat wij daar waren. Als laatste vonden we ook nog de Silverback, hij liet zich ook even bewonderen tussen wat takken door en toen ook hij weer door de struiken uit het zicht verdween was het uur wat we bij ze mochten zijn om en gingen we weer op zoek naar onze helpers.

Het was een mooie ervaring zo dicht bij ze te zijn in hun eigen leefgebied. Het zijn prachtige dieren! Het was wel jammer dat ze steeds in beweging waren waardoor het heel moeilijk was om er mooie foto's van te maken. Na weer heel wat geklauter kwamen we bij onze helpers en rugzakken terug. Tijd om te drinken en de lunch! En dat viel wel even tegen. De boterhammen die van droogheid in je handen uit elkaar vielen met alleen wat, ook droge, tonijn ertussen. Ze hadden er zelfs geen boter op gesmeerd. Dat werd geen feestje met een droge mond, na al dat klimmen.. Dus ik heb het maar bij het gekookte ei en de banaantjes gehouden... De terugweg ging zo ongeveer in hetzelfde vlotte tempo als de heenweg en onze wegwijspieten sleurden ons gewoon aan Ă©Ă©n hand de steile hellingen op. Jaap had een jong manneke dat meer dan een kop kleiner was dan hij, maar ook hij werd vlot door hem de steile kanten opgetrokken.. We waren er van overtuigd dat we het zonder hen ook hadden gered, maar dan wel in een tijd die eens zo lang zou zijn geweest. Ze hadden aan het eind hun fooi dubbel en dwars verdiend! We gingen met de auto terug naar het infocentrum waar we een officieel diploma kregen uitgereikt!

De geschiedenis van de primaten gaat terug tot zo’n 70 miljoen jaar geleden. Aangenomen wordt dat de mensapen zich ongeveer 10 miljoen jaar geleden van de overige apen afsplitsten. Vrij snel daarna splitste de gorilla zich af. Vervolgens gingen ongeveer 6 miljoen jaar geleden de mens en de chimpansee ieder hun eigen weg. De berggorilla wordt nu steeds vaker opgesplitst in twee ondersoorten, de Bwindigorilla en de Virungagorilla. De een leeft op grotere hoogte en heeft korter haar dan de andere. Berggorilla’s zijn bewoners van de bergoerwouden van de westelijke Riftvallei en het Virunga vulkanengebied. Deze vaak mistige en koude nevelwouden bevinden zich op 2.200- 4.300 m hoogt en zijn zeer dicht begroeid..Gorilla’s zijn zeer sociale dieren die in een groep leven. Een groep is opgebouwd rond een dominante zilverrug. Hij is de spil van de groep en zal de groep zonodig met zijn leven verdedigen. Er kunnen nog meer mannen bij de groep horen, dat zijn dan broers of zoons. Zij spelen ook een rol bij de bescherming van de groep. Verder bestaat een groep uit enkele volwassen vrouwtjes met hun jongen. Gorilla’s zijn de hele dag actief en slapen ’s nachts in nesten, gemaakt van bladeren en takken op de grond of in de bomen. Gorilla’s kunnen ongeveer 50 jaar oud worden. Dagelijks wordt er gemiddeld 500m tot 1 kilometer afgelegd. Berggorilla’s zijn hoofdzakelijk planteneters, maar eten ook fruit, insecten en dood hout. De Bwindigorilla’s eten ongeveer 140 verschillende plantensoorten. Hoewel het aantal berggorilla’s is toegenomen is er nog geen reden tot grote vreugde. Zolang de stropers hun netten nog zetten voor bushmeat, babygorilla’s te koop worden aangeboden en het leefgebied kleiner en meer versnipperd raakt door het kappen van de regenwouden blijven ze ernstig bedreigd!

En toen terug naar ons tented camp waar we hartelijk werden ontvangen. Ze waren heel nieuwsgierig hoe we het hadden beleefd, maar toen we vroegen om een flesje cola voor ieder moesten ze nee verkopen. Toen hebben we ze verteld dat ze die dan ook wel in het dorp voor ons konden gaan halen...?? Als je toch gasten hebt die zo'n tracking doen dan weet je toch dat die moe en dorstig terugkomen??? Het is hier een camp met een Ugandees managment en dat is te merken... De flush toiletten flushen niet altijd en Harm en Katrien stonden ook nu weer ingezeept onder een douche waar alleen nog een klein druppelstraaltje uit kwam.. Het duurde nu wat langer voor ze er weer om konden lachen...

Harm was het meteen gaan melden bij het personeel maar ze konden er niets aan doen zeiden ze want ze gebruiken regenwater en op is op... Je snapt er niets van, ze hebben vijf tweepersoonstenten staan en nog drie kamers. In totaal hebben ze voor al die gasten die ze kunnen bergen, zeven tuinstoelen en 5 harde houten eetkamerstoelen en af en toe een voorraadje regenwater... En, dat is wel fantastisch... een prachtig uitzicht en daar zijn we dan verder die dag van gaan genieten. We zagen hoe, terwijl de zon verder zakte, steeds een ander deel van ons uitzicht in de spotlight werd gezet. Zo genoten we nog van onze laatste voorraad bier uit Kidepo en evalueerden vast een beetje de reis.

We waren het er over eens dat we op prachtige plaatsen zijn geweest. Leuke mensen hebben ontmoet op de diverse locaties. Dat Ismaël een perfecte chauffeur is maar als gids, hij toch wel wat dingen beter had kunnen doen. Dat het materiaal waar we mee op pad zijn gestuurd niet echt goed was. Maar dat we al met al een mooie reis hebben gehad. Om 17.00 uur kwam de melding dat het avondeten klaar was... Wij hadden en nog helemaal geen honger en ook geen zin om zo vroeg al binnen te gaan zitten, dus dat werd doorgeschoven naar later op de avond. Het was een heerlijk maal, spaghetti met beef die zo mals was dat de vleesteters onder ons er letterlijk hun vingers bij af likten.. En toen ze ook nog een brandend houtskoolkacheltje kwamen brengen tegen de opkomende kou hadden ze toch weer veel goedgemaakt. We kletsten bij het houtskoolvuur nog gezellig na en al genietend van een prachtige Afrikaanse sterrenhemel zochten we ons tentje weer op!

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!